FullSizeRender(2)Over vier weken beval ik. Ongeveer. We krijgen een tweede kind, een dochter. En ik heb nu al medelijden met haar. Want hoewel ze er nog niet eens is, komt ze nu al tekort.

Zodra de zwangerschapstest van haar broer twee streepjes liet zien, renden haar vader en ik naar de winkel om een prachtig opschrijfboek te kopen. Want elk pijntje, krampje en schopje en later huiltje, hapje, stapje en woordje moest natuurlijk uitgebreid genoteerd worden. Zo geschiedde. En hoewel de schrijffrequentie dramatisch is afgenomen de laatste maanden -terwijl hij toch zeer opzienbarende dingen doet-, is zijn boek inmiddels bijna vol.

Voor zusje, zoals we haar plegen te noemen, kwam er natuurlijk ook een boek. Na vijf maanden zwangerschap. Er staan inmiddels twee verhaaltjes in, één van haar vader en één van mij. En elke avond neem ik me weer voor om nu toch echt…

Dan de buikfoto’s. Van zusjes broer zijn er talloze: elke twee weken poseerde ik gretig voor een witte muur om de groei van mijn buik ook in beeld vast te leggen. Nu heb ik twee series van dat soort foto’s. De eerste zijn gemaakt door haar vader in een hotel toen ik ruim vier maanden zwanger was en bij 33 weken heb ik zelf mijn telefoon maar eens ter hand genomen. In de badkamer. Met een zwart-wit filter wordt dat best mooi. Hopelijk vergeten we niet vlak voor de bevalling nog een foto te maken van mijn buik op zijn dikst. Maar ik vrees het ergste.

Net als haar broer beweegt zusje bij voorbaat ’s nachts. In 2012 kon ik dan niet anders dan gelukzalig mijn handen op mijn buik leggen en onze zoon aanmoedigen nog even door te gaan. Wat vond ik het fijn hem zo te voelen en wat kon het me niks schelen dat het drie uur ’s nachts was en ik klaarwakker. Dat is nu beduidend anders. Zusje mag me best even schoppen – graag zelfs, want dan weet ik dat ze het nog doet, maar na een minuut of vijf moet het afgelopen zijn. Slapen is belangrijker.

Oh ja, en de uitzet. Toen onze zoon vijf weken te vroeg ter wereld kwam, maakte dat qua spullen weinig uit. We misten alleen nog de kruiken. Die bleken we hard nodig te hebben, maar goed, verder was alles er. Inmiddels ben ik 36 weken zwanger van zusje en begon ik zojuist met het wassen van de kleertjes. Er hangen nog geen gordijnen in haar kamertje, de nieuwe deken zit nog in het plastic, er staat nog geen vluchtkoffer klaar, vieze luiers kunnen nog nergens in en ik mis eigenlijk ook nog wat leuke truitjes voor meisjesbaby’s. Wel schafte ik inmiddels vitamine D en K aan. En een extra thermometer. Het telefoonnummer van de verloskundige hangt ook al op de koelkast. Daarop ben ik heel trots.

Stiekem vrees ik voor het lot van zusje. Ik denk dat zij op een ongewassen maxicosi-hoes vervoerd gaat worden. Dat ze beduidend minder in bad gaat dan haar broer en dan ook nog wordt afgedroogd met hydrofielen met eetvlekken. Dat er van haar 7000 foto’s minder worden gemaakt. Dat ze in haar slaapjes gestoord wordt omdat haar broer naar de speeltuin moet. Dat we vergeten haar eerste woordje te noteren. Om van haar eerste tand nog maar te zwijgen. We geven haar vast ook te laat op voor de basisschool en jongensbroekjes staan haar ongetwijfeld heel leuk.

Maar zal ze er ongelukkiger van worden? Ik weet zeker van niet.

Reacties

reacties


4.381 views | Geschreven door